Clara Hammerich
Profiel
Achternaam: Hammerich-Flensborg
Roepnaam: Clara / Claes
Voornamen: Clara Augusta Mathilde
Geboren: 12-06-1894
Te: Roskilde (Denemarken)
Overleden: 19-05-1972
Te: Jillerod (Denemarken)
Pseudoniem(en): Voor zover mij bekend heeft Clara Hammerichniet onder pseudoniem gepubliceerd.
Voor tweedehands boeken | Ook van Clara Hammerich |
Raban Internet Antiquariaat | Klik hier ! |
Werk
Deens werk
- Afsporet (1939)
- Mathis mad (met Ellen Mathiesen) (1946)
- Liv og glade dage (1953)
- Raffinerede ovnretter (met Ellen Mathiesen) (1955)
- Nissen Didlidum (1970)
- Hans og lille Hanne: Det gamle tårn og andre historier (1970)
- Hans og lille Hanne: Den syge missekat og andre historier (1970)
- Hans og lille Hanne: Frøjagten og andre historier (1970)
- Duo, Clara og Louis Hammerichs erindringer (met Louis Hammerich) (1973)
Vertalingen/bewerkingen vanuit het Nederlands
- Jo van Ammers-Küller, De Oprorske (Deense vertaling van 'De opstandigen') (1927)
- A.M. de Jong, Merinus Gejsens Brandom (Deense vertaling van 'Merijntje Gijzens jeugd I: Het verraad') (1928)
- Marie Schmitz, Den store hjemvé (Deense vertaling van 'Het grote heimwee') (1929)
- Jo van Ammers-Küller, På Skillevejen (Deense vertaling van 'Vrouwenkruistocht') (1930)
- Ina Boudier-Bakker, Det forjættede Land (Deense vertaling van 'Het beloofde land') (1931)
- Jo van Ammers-Küller, Maskerade (Deense vertaling van 'Maskerade') (1931)
- Cissy van Marxveld, Borgemesterens tvillinger (Deense vertaling van 'De stormers') (1931)
- Ina Boudier-Bakker, Det banker på døren (Deense vertaling van 'De klop op de deur') (1931/1932)
- Jo van Ammers-Küller, Tantalus (Deense vertaling van 'Tantalus') (1932)
- Jo van Ammers-Küller, Eva og æblet (Deense vertaling van 'De opstandigen III: De appel en Eva') (1932)
- Jo van Ammers-Küller, Ej blot til Lyst (Deense vertaling van 'Het Huis der Vreugden') (1933)
- Jo van Ammers-Küller, Jenny Heysten (Deense vertaling van 'Jenny Heysten') (1934)
- Jo van Ammers-Küller, Ildproven (Deense vertaling van 'Frans van Altena's vuurproef') (1934)
- Ina Boudier-Bakker, Hjertets Armod (Deense vertaling van 'Armoede' (1935)
- Jo van Ammers-Küller, Prins Inkognito (Deense vertaling van 'Prins Incognito') (1935)
- Ina Boudier-Bakker, Fru Jacoba (Deense vertaling van 'Vrouw Jacoba) (1936)
- Jo van Ammers-Küller, Konge, Dame, Knægt (Deense vertaling van 'Heeren, knechten en vrouwen') (1936)
- Ina Boudier-Bakker, Øjets spejl (Deense vertaling van 'Het spiegeltje') (1937)
- Anne de Vries, Bartje (Deense vertaling van 'Bartje') (1937)
- Willem Elsschot, Adele (Deense vertaling van 'Tsjip') (1937)
- Jo van Ammers-Küller, Hjerter er Trumf (Deense vertaling van 'De Sans-culotten') (2 delen) (1937)
- Antoon Coolen, De tre brødre (Deense vertaling van 'De drie gebroeders') (1937)
- Ina Boudier-Bakker, Mødre (Deense vertaling van 'Aan den overkant' en 'Paul') (1938)
- Jo van Ammers-Küller, Vundet Spil (Deense vertaling van 'De getrouwen') (1938)
- Mien Labberton, Det store spørgsmål (Deense vertaling van 'De grote vraag') (1938)
- Th. van Schelven, Hvad får De ud af livet? (Deense vertaling van 'Wat maakt u van uw leven?') (1938)
- Ina Boudier-Bakker, Den store vej (Deense vertaling van 'Aan den grooten weg') (1939)
- A. den Hertog, Kvinder til Jacatra (Deense vertaling van 'Vrouwen naar Jacatra') (1939)
- Jo van Ammers-Küller, Elselina (Deense vertaling van 'Elzelina') (1940)
- Anne de Vries, Hilde (Deense vertaling van 'Hilde') (1940)
- Kitty de Josselin de Jong, Familien på Enk (Deense vertaling van 'De appel en de stam') (1940)
- Jan Gerhard Toonder, Ung mand slår sig iggenem (Deense vertaling van 'Een man zet door') (1940)
- Hollands Skæbnetime: en Fortælling fra Mobiliseringens og Kampens Dage (Deense vertaling van ' Toen het vaderland riep ...') (1941)
- Anne de Vries, Bartje søger lykken (Deense vertaling van 'Bartje zoekt het geluk') (1941)
- Gerard Walschap, Et menneske der vil det gode (Deense vertaling van 'Een mensch van goeden wil') (1941)
- Cor Bruijn, Strandens folk (Deense vertaling van 'Sil de strandjutter') (1942)
- Piet Bakker, Frans (Deense vertaling van 'Ciske de Rat') (1943)
- Arij den Hertog, Mægtoge Holland (Deense vertaling van 'Machtig Holland') (1943)
- Piet Bakker, Frans vokser op (Deense vertaling van 'Ciske groeit op') (1944)
- Piet Bakker, Brænding (Deense vertaling van 'Branding') (1945)
- Kitty de Josselin de Jong, Svaret (Deense vertaling van 'Het antwoord') (1945)
- Leonard Huizinga, Den 7. dag (Deense vertaling van 'De zevende dag') (1945)
- Arij den Hertog, Mor sigbrit (Deense vertaling van 'Sybrecht Willemsdochter') (1946)
- Anne de Vries, Rotteungen (Deense vertaling van 'Ratje, een jongen van de straat') (1947)
- Piet Bakker, Frans bliver mand (Deense vertaling van 'Ciske de man') (1948)
- Piet Bakker, 'Barndom i gyden (Deense vertaling van 'Jeugd in de pijp') (1949)
- Marten Toonder, Tom Piss pa eventyr (1950)
- Ina Boudier-Bakker, Guld af strå (Deense vertaling van 'Goud uit stro') (1951)
- J.W. Ankersmit en F.A. Luyten, Holland-Belgien (1951)
- Anne de Vries, Vi lever kun een gang (Deense vertaling van 'Wij leven maar eens') (1953)
- Antoon Coolen, Under Guds himmel (Deense vertaling van 'Kinderen van ons volk') (1953)
- Pierre H. Dubois, Med fingeren pa laeben: den florentinske munk Lorenzo Vitellis Bekendelser inden han i aret 1498 omkom pa balet (Deense vertaling van 'Een vinger op de lippen: bekentenissen van Lorenzo Vitelli, Florentijns monnik, omgekomen op de brandstapel in het jaar 1498') (1954)
- Piet Bakker, Kidnappet (Deense vertaling van 'Kidnap') (1954)
- A. den Doolaard, Digerne brister (Deense vertaling van 'Het verjaagde water') (1954)
- An Rutgers van der Loeff-Basenau, Nybyggerborn (Deense vertaling van 'De kinderkaravaan') (1955)
- A. den Doolaard, Albanerdrengen (Deense vertaling van 'De herberg met het hoefijzer') (1956)
- Clare Lennart, Den rosenrøde stad (Deense vertaling van 'Stad met rose huizen') (1956)
- An Rutgers van der Loeff-Basenau, I kamp mod lavinerne (Deense vertaling van 'Lawines razen') (1956)
- A. den Doolaard, Land bag Guds ryg (Deense vertaling van 'Het land achter Gods rug') (1956)
- Cornelie A. Mees, Demeters datter (Deense vertaling van 'Demeters dochter') (1957)
- Dick Laan, Priks eventyr (Deense vertaling van 'De avonturen van Pinkeltje') (1957)
- Jacoba van Velde, Den store sal (Deense vertaling van 'De grote zaal') (1957)
- Johan Schwencke, Tranqvillo Marangoni: en italiensk træskærer (Deense vertaling van 'Een Italiaanse xylograaf') (1957)
- An Rutgers van der Loeff-Basenau, Den dødsdømte landsby (Deense vertaling van 'Ze verdrinken ons dorp') (1958)
- Dick Laan, Prik pa rejse (Deense vertaling van 'Pinkeltje op reis') (1958)
- Dick Laan, Prik i zoo (Deense vertaling van 'Pinkeltje in Artis' en 'Pinkeltje en het grote huis') (1958)
- Dick Laan, Prik i Afrika (Deense vertaling van 'Pinkeltje gaat naar Pinkeltjesland') (1959)
- Maria Dermoût, De titusinde ting (Deense vertaling van 'De tienduizend dingen) (1959)
- Dick Laan, Prik og ædelstenen (Deense vertaling van 'Pinkeltje en de flonkersteen') (1960)
- Jef Last, Bontot og hans ven (Deense vertaling van 'Bontot en Koese') (1960)
- L.D. Brongersma en G.F. Venema, Det ukendte Ny-Guinea (Deense vertaling van 'Het witte hart van Nieuw-Guinea') (1961)
- Jo Elsendoorn, I Coyamas fodspor (Deense vertaling van 'In het voetspoor van Coyoma') (1961)
- Gerard Knuttel, Vincent van Gogh (Deense vertaling van 'Vincent van Gogh') (1963)
- Filip de Pillecijn, Nærværelse (Deense vertaling van 'De aanwezigheid') (1963)
- Anne de Vries, Panokko og hans venner (Deense vertaling van 'Panokko en zijn vrienden') (1963)
- A. Rutgers van der Loeff-Basenau, Grækerdrengens flugt (Deense vertaling van 'Vlucht Wassilis, vlucht!) (1963)
- Anne de Vries, Panokko i urskoven (Deense vertaling van 'Panokko en de wildernis') (1964)
- J.H. van den Berg, Psykologi ved en sygeseng (Deense vertaling van 'Psychologie van het ziekbed') (1964)
- Anne de Vries, Panokko og de hvide mennesker (Deense vertaling van 'Panokko en de witte mensen' (1965)
- Anthony Bosman, Pierre-Auguste Renoir (1965)
- Nyere Flamsk prosa (Deesne vertaling van een keuze uit Vlaams proza) (1966)
- W.F.H. Visser, Niku bliver kurér (Deense vertaling van 'Niku de koerier') (1966)
- W.F.H. Visser, Niku sigøjnerdrengen (Deense vertaling van 'Niku de zigeunerjongen') (1966)
- Anton Koolhaas, En bllomst i morgen (Deense vertaling van 'Een bloem voor morgen' uit 'Vleugels voor een rat') (1967)
- Karel Eykman, Hvad Bibelen fortaeller (Deense vertaling van de serie 'Wat de Bijbel ons vertelt') (1967-1971)
- Jaap ter Haar, Boris (Deense vertaling van 'Boris') (1968)
- Nyere hollandsk prosa: sluserne abnes (Deense vertaling van een keuze uit Nederlands proza) (met Geerte de Vries) (1968)
- G. Kromdijk, Den store stueplantebog (Deense vertaling van 'Het nieuwe kamerplantenboek') (1968)
- W.F.H. Visser, Niku på flugt (Deense vertaling van 'Niku de zwerver') (1969)
- Tim Maran, Menneskeaederen fra Tjarinti (Deense vertaling van 'De menseneter van Tjarinti) (1970)
- Huub Slabbers, Alverdens born (1970)
- Karel Eykman, Den nye by (Deense vertaling van 'De nieuwe stad') (1971)
- Karel Eykman, Da Gud skabte jorden (Deense vertaling van 'Het begin') (1971)
- Paul Biegel, Den lille kaptajn (Deense vertaling van 'De kleine kapitein) (1971)
Ze vertaalde verder kinderboeken van Clinge Doorenbos, Jeanne Koning, Willy Schermele en Else Stam.
Vertalingen/bewerkingen vanuit andere talen
- Fedor von Zobeltitz, Ægteskabshotellet (Gasthaus zur Ehe) (1924)
- Thea von Harbou, Det indiske gravmæle (Das Indische Grabmale) (1925)
- Fedor von Zobeltitz, Damoklessværdet (Das Geschlecht der Schelme) (1926)
- Compton Mackenzie, En Mesalliance (Coral) (1926)
- Emil Ludwig, Juli 14 (1929)
- Robert Neumann, Syndflod (Sintflut) (1930)
- Leonhard Frank, Broder og søster (Bruder und Schwester) (1930)
- Irmgard Keun, Kunstsilke-Pigen (Das kunstseidene Mädchen) (1933)
- Agnes Smedley, Kun en kvinde (Daughter of Earth) (1933)
- Adolf Hitler, min kamp (Mein Kampf) (1934)
- Walter Greenwood, Kærlighed og 15 kr. om ugen (Love on the Dole) (1934)
- Michael Gold, Jøder uden penge (Jews without Money) (1934)
- Wolfgang Langhoff, Et aars helvede (Die Moorsoldaten) (1935)
- M. B. Kennicott, Hjertet vaagner (Das Herz ist wach) (1935)
- Adolf Hitler, Lighed giver Fred (tale i den tyske Rigsdag 21.maj) (1935)
- Jolan Földes, Jeg maa ha mig en mand (1938)
- Faith Baldwin, I dobbelt ild (Self-made Woman) (1938)
- Faith Baldwin, Stenografi og kærlighed (The office wife) (1938)
- Albert Halper, Fabrikken (The Foundry) (1938)
- Henry Poulaille, Brød paa bordet (Le pain quotidian) (1939)
- Ludwig Lewisohn, Evigt skal du elske (For Ever Wilt Thou Love) (1939)
- Hans Fallada, Lille mand, stor mand (Kleiner Mann, grosser Mann) (1940)
- Ann Stair, Blændværk (The Goldfish) (1940)
- Käthe Lambert, Livet begynder (Haus des Lebens) (1941)
- Hans Fallada, Hackendahl gir sig ikke (Der eiserne Gustav) (1941)
- Hans Fallada, Hos os derhjemme i de gode gamle dage (Damals bei uns daheim) (1942)
- Armine von Tempski, Født i Paradis (Born in Paradise) (1942)
- W.A. Mozart, Mozarts breve (1942)
- W. von Simpson, Barrings sønnesøn (Der Enkel der Barrings) (1943)
- W. von Simpson, Barring vender tilbage (1943)
- Hans Fallada, Herude hos os (Heute bei uns zu Haus) (1943)
- A. H. Lehmann, Majestæten (Hengst Maestoso Austria) (1943)
- Bruno Brehm, Paa gensyn, Susanne (Auf Wiedersehen, Susanne) (1943)
- Hermann Hesse, En barnesjæl og to kulturelle essays (1944)
- Waldemar Brøgger, Tre gange dronning (Tre ganger dronning) (1945)
- Rösy von Känel, Arv (Der Sohn Johannes) (1945)
- Zsoit v. Harsányi, Fest i Budapest (Whisky szódával) (1946)
- Robert Musil, Skitser (Nachlass zu Lebzeiten) (1946)
- Lion Feuchtwanger, Simone (Simone) (1946)
- George Papashvily en Helen Waite, Der kan ske saa meget (Anything Can Happen) (1946)
- Elizabeth Metzger Howard, Før solen gaar ned (Before the Sun Goes Down) (1947)
- F. C. Weiskopf, Ved daggry (The Firing Squad) (1947)
- Victor Wolfson, Ørnen paa sletten (The Eagle on the Plain) (1948)
- J. W. Goethe, Af maksimer og refleksioner (1949)
- Jan Valtin, Kviksand (Castle in the Sand) (1949)
- Stefan Zweig, Balzac: hans livs roman (Balzac) (1949)
- Stefan Zweig, Kamæleonen: romanbiografi om Joseph Fouché (Joseph Fouché) (1950)
- Stefan Zweig, Stjernestunder (Sternstunden der Menschheit) (1950)
- Stefan Zweig, Legender (Legenden) (1951)
- Stefan Zweig, Jorden er rund: Magellans eventyrlige bedrift (Magellan) (1951)
- Lionel Shapiro, En fakkel i mørket (Torch for a Dark Journey) (1951)
- Sigurd Hoel, Jeg elsker en anden. (Jeg er blitt glad i en annen) (1951)
- Carl Pidoll, Forstummede toner (Verklungenes Spiel) (1952)
- Ferdinand Sauerbruch, En kirurgs liv (Das war mein Leben) (1952)
- Stefan Zweig, Eros: tre erotiske noveller (1953)
- Peter Bamm, Det usynlige flag (Die unsichtbare Flagge) (1953)
- Stefan Zweig, Sjælens lægedom (Die Heilung durch den Geist) (1954)
- E. H. G. Lutz, Gyldne hænder: kirurger i arbejde (Die goldenen Hände) (1954)
- Stefan Zweig, Liv og digt: Casanova: Stendhal: Tolstoj (Drei Dichter ihres Lebens) (1954)
- Hans Hellmut Kirst, Nul-otte femten (Null-acht funfzehn) (1954)
- Sigurd Hoel, Stævnemøde med glemte år (Stevnemøte med glemte år) (1954)
- Joseph Hayes, Ubudne gæster (The Desperate Hours) (1955)
- Carl Pidoll, Det grå sendebud: Mozarts liv (Der graue Bote) (1955)
- Hans Fallada, Hr. von Strammins vidunderlige rejse (Der Jungherr von Strammin) (1955)
- Stefan Zweig, To portrætter: Dostojevski: Nietzsche (Baumeister der Welt) (1955)
- Elsa Schiaparelli, Shocking: en modekunstners erindringer (Shocking Life) (1955)
- Elizabeth Schuler, Pios store kogebog (Mein Kochbuch) (1956)
- Jürgen Thorwald, Kirurgiens sejrsgang (Das Jahrhundert der Chirurgen) (1957)
- Kurt Lütgen, Ingen vinter for ulve (Kein Winter für Wölfe) (1957)
- R. F. Delderfield, Ben Gunns eventyrlige oplevelser (The Adventures of Ben Gunn) (1957)
- Hans Hellmut Kirst, Med disse mine hænder (Mit diesen meinen Händen) (1957)
- Sigurd Hoel, Trylleringen (1958)
- Nicholas Kalashnikoff, Ulvehunden Toyon (Toyon, a Dog of the North and His People) (1958)
- Maxine Davis, Kvindens rolle i kærlighedslivet (The Sexual Responsibility of Woman) (1958)
- Robin White, Elefantklippen (Elephant Hill) (1959)
- Carl Pidoll, Mit liv med Chopin (Ein Leben mit Chopin) (1959)
- Kurt Held, Røde Zoras bande: Røde Zora og Branko (Die rote Zora und ihre Bande) (1959)
- Kurt Held, Røde Zoras bande: Kampen mod bybørnene (Die rote Zora und ihre Bande) (1959)
- Kurt Held, Røde Zoras bande: Banden opløses (Die rote Zora und ihre Bande) (1959)
- Herbert Kaufmann, Eventyret i Sahara (Roter Mond und heisse Zeit) (1959)
- Charles Lagus, Operation Noahs ark (Operation Noah) (1960)
- H. M. Denneborg, Jan og vildhesten (Jan und das Wildpferd) (1960)
- Stefan Zweig, Den begravede lysestage (Der begrabene Leuchter) (1960)
- Lewis Wallace, Ben Hur: en fortælling fra Kristi tid (Ben Hur) (1960)
- Jean de Beucken, Cézanne: en billedbiografi (Cézanne) (1960)
- Marcel Brion, Pompeji og Herculaneum i pragt og undergang (Pompeii and Herculaneum) (1961)
- Maurice Chevalier, Et liv i kærlighed (Cest lamour) (1961)
- Hans Baumann, Jeg drog med Hannibal (Ich zog mit Hannibal) (1961)
- Irmela Brender, Tusind tak! (Noch einmal: Dankeschön) (1962)
- Pávils Kláns, Flammende himmel (Rüsa) (1962)
- Erich Valentin, Beethoven: en billedbiografi (1962)
- Peter Ustinov, De slagne (The Loser) (1962)
- Yutang Lin, Kejsernes Peking: Kina gennem syv århundreder (Imperial Peking) (1962)
- Heinrich Maria Denneborg, Vildhesten Balthasar (Das Wildpferd Balthasar) (1962)
- John Braine, Livet på toppen (Life at the Top) (1963)
- Hans Baumann, Guld og guder fra Peru (Gold und Götter von Peru) (1963)
- Marcel Brion, Venedig (1963)
- Audrey Erskine Lindop, Vejen til skafottet (The Way to the Lantern) (1963)
- Enrique Sordo, Cordoba, Sevilla, Granada: Minder fra Maurertiden (1964)
- Sigurd Hoel, Syvstjernen (Syvstjernen) (1965)
- Sigurd Hoel, Sesam, sesam (Sesam, sesam) (1965)
- Gotthard Jedlicka, Henri de Toulouse-Lautrec (1965)
- Jaques Soustelle, Dagligt liv blandt aztekerne før den spanske erobring (La vie quotidienne des Aztèques à la vielle de la conquête espagnole) (1965)
- Pierre Moinot, Levende sand (Le sable vif) (1965)
- Angelo Procopiou, Athen, gudernes by (Athens, City of the Gods) (1965)
- J.B. Priestley, Slukkede rampelys (Lost Empires) (1966)
- G.M. Glaskin, Dans gennem tårer (A Waltz through the Hills) (1966)
- John Moore, Tidevandet skifter (The Waters under the Earth) (1967)
- Laurence Oriol, Farlige kontakter (Linterne de service) (1967)
- Elizabeth Jane Howard, Den lange weekend (After Julius) (1967)
- Morris L. West, Babelstårnet (The Tower of Babel) (1968)
- Huub Slabbers, Alverdens børn (Children of the World) (1970)
- Pävils Kläns, Fremmed i et andet land: miniaturer (1970)
- Monique og Jacques Wolgensinger, Gælernes skat (Le tresor des gaels) (1971)
- Mary Stewart, Katten og kosteskaftet (The little broomstick) (1971)
- Alexandre Dumas, De tre musketerer (Les trois mousquetaires) (1972)
- Philippe Fix, Kængururen med hul i lommen (1972)
- Philippe Fix, Den lyserøde elefant med gule prikker (1972)
- Bibiane Bell en Paul Durand, Din egen eventyrbog (Histoires merveilleuses) (1973)
Tijdschriften
- Vanaf 1955 verzorgde ze de wekelijkse 'brievenbus' van een Deens weekblad.
Over Clara Hammerich
- Amy van Marken, 'Clara Augusta Mathilde Hammerich-Flensborg', Levensbericht in 'Jaarboek van de maatschappij der Nederlandse letterkunde te leiden 1973-1974' (1975)
Prijzen
- In 1954 kreeg ze een Deense koninklijke onderscheiding.
- In 1957 kreeg ze een Nederlandse koninklijke onderscheiding.
- Deense vertalersprijs 1963.
Opmerkingen
- Haar vader, Erhardt Flensborg, had een boekhandel in Roskilde. Bij haar voorouders zitten dominees, hereboeren, militairen en hoge ambtenaren.
- In 1912/1913 verbleef ze in Genève in een pensionaat om beter Frans, Duits en Engels te leren.
- Haar vader overleed, waardoor Clara niet verder kon studeren.
- Ze ging op een kantoor werken, waar ze Louis L. Hammerich leerde kennen. Zij trouwden in 1917.
- In 1918/1919 werkten ze beiden bij het krijgdgevangenenbureau van het Deense Rode Kruis in Berlijn.
- In 1922 werd haar man hoogleraar aan de universiteit van Kopenhagen.
- In 1925 verbleef ze met haar man en zoon een half jaar in Nederland.
- Ze was in 1923 begonnen met het vertalen van Engelse (en een paar Franse) romans. Na hun verblijf in Nederland legde ze zich toe op het vertalen van Nederlandse boeken.
- In 1931 was zij lid geworden van de Deense PEN-club, in 1938 kwam zij in het bestuur, in 1956 werd zij onder-voorzitster en kort daarop voorzitster tot 1961.
- Ze was actief bij de Deense soroptisten.
- In 1933 werd ze benoemd tot lid van de Maatschappij der Nederlandse letterkunde te Leiden.
- Ze was in 1944 betrokken bij de oprichting van het Deense verbond van vertalers. Van 1948 tot 1970 was ze er vice-voorzitter van.
- Ze leed aan gewrichtsontstekingen.
Anderen over Clara Hammerich
- Clara Hammerich was een mooie, elegante verschijning. Zij vertegenwoordigde in onze ogen het type van de Skandinaafse vrouw: groot, slank, glanzend bleekblond haar en blauwe ogen. Zij was steeds zeer modieus gekleed en had een voorliefde voor grote hoeden, die haar trouwens goed stonden. Zij was een prettige, levenslustige kameraad en een gezellige disgenoot. Zij kon biezonder goed en pittig vertellen en bezat een fijne zin voor humor. Zij lachte graag en hartelijk. Meestal lachten haar ogen mee en men kon er dan zeer dikwijls een tinteling van schalkse vriendschap in ontwaren. (Willem Pée, Taal en Tongval, 1973)
- Als men haar vroeg, hoe ze het klaar speelde naast al haar andere activiteiten en reizen zoveel te presteren, was haar antwoord: 'Oh, vertalen doe ik 's morgens in bed, en op reis, zo tussen neus en lippen door, in de verloren uurtjes!' (Amy van Marken, Jaarboek van de maatschappij der Nederlandse letterkunde te leiden 1973-1974, blz. 78/79)
Links
Bronnen o.a.
- Jaarboek van de maatschappij der Nederlandse letterkunde te leiden 1973-1974 (1975)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (april 2022)