Amoene van Haersolte
Profiel
Achternaam: (barones) van Haersolte geboren jonkvrouw van Holten tot Echten
Roepnaam: Amoene
Voornamen: Ernestine Amoene Sophia
Geboren: 23-02-1890
Te: Utrecht
Overleden: 01-08-1951
2
Te:Dalfsen
Pseudoniem(en): Voor zover mij bekend heeft Amoene van Haersolte niet onder pseudoniem gepubliceerd.
Voor tweedehands boeken | Ook van Amoene van Haersolte |
Raban Internet Antiquariaat | Klik hier ! |
Werk
Proza
- De laatsten (1927)
- Sophia in de Koestraat (verhalen) (1946)
- De komeet en het harlekijntje (1949)
- Lucile (verhalen) (1951)
- De roerkop (verhalen) (1953)
- Lucile (bibliofiel, 40 ex.) (2015)
- Het ganzenbord (2022)
Bloemlezingen
Tijdschriften
- Amoene van Haersolte publiceerde in 'Elseviers Maandschrift', 'Onze Eeuw', 'Leven en Werken', 'Den Gulden Winckel', 'De Nieuwe Stem'.
Over Amoene van Haersolte
- 1 hoofdstuk: 'Gesublimeerde nuchterheid' over 'Sophia in de Koestraat' in 'Onderzoek en vertoog 2' van Victor E. van Vriesland (1958)
- 1 hoofdstuk over Amoene van Haersolte in 'Schrijvers in Overijssel: De plaats, de plek' van J. Heymans (2000)
Diversen
- De Stichting Literaire Activiteiten Utrecht presenteerde in maart 2008 de Utrechtse Literaire Canon. Amoene van Haersolte stond op plaats 86.
Literaire prijzen
- P.C. Hooft-prijs voor proza 1947 voor 'Sophia in de Koestraat' (ze deelde de prijs met Arthur van Schendel)
Opmerkingen
- Zij was een dochter van jonkheer Rudolph Arent van Holten tot Echten en jonkvrouwe Anna Maria Storm van 's-Gravesande.
- Ze trouwde in 1916 met Johan Frederik baron van Haersolte. Hij was advocaat en wethouder (voor de C.H.U.) in Zwolle en daarna o.a. dijkgraaf van het waterscha De Noorder Vechtdijken. Zij kregen vier kinderen, van wie de eerste binnen een jaar overleed.
- Haar man liet in 1930 in het buurtschap Gernen, even buiten Dalfsen (aan de Overijsselse Vecht) een landhuis bouwen.
- Amoene van Haersolte kreeg bekendheid met haar novelle 'De laatsten' (1927)
- Door het krijgen van de P.C. Hooftprijs, geldt Amoene van Haersolte als 'de vergeten schrijfster, aan wie we steeds herinnerd worden'. De verwachting was dat Simon Vestdijk deze eerste P.C. Hooftprijs zou krijgen voor 'Iersche nachten'. Juryvoorzitter Dick Coster wilde dit voorkomen. Arthur van Schendel werd voorgedragen. Dit was wat vreemd, want hij was net overleden en de prijs was mede ingesteld ter materiële ondersteuning van schrijvers. Daarom werd ook Amoene van Haersolte voorgedragen voor de (gedeelde) prijs. Jurylid Victor E. van Vriesland had tijdens de Tweede Wereldoorlog bij haar ondergedoken gezeten.
- Amoene van Haersolte leed aan trigeminus neuralgie (aangezichtspijnen).
- Ze overleed op 01-08-1952 op haar landhuis in Gerner aan kanker.
- Amoene van Haersolte werd op 05-08-1952 bijgezet in de familiegrafkelder op begraafplaats Bergklooster, Bergkloosterweg in Zwolle (klasse 2-I-M-65/67/70)
Handtekening Amoene van Haersolte
Anderen over Amoene van Haersolte
- Zij beschrijft deze tegenstelling vanuit de realiteit, met ironie en beschouwelijkheid, in een lichte, sierlijke, in bepaalde opzichten enigszins gemaniëreerde en dan aan Couperus ontleende stijl. (W. Blok)
- Aanvankelijk schreef zij alles met de hand. Haar werkvertrek was de aan de grote salon grenzende bibliotheek aan de voorzijde van het huis; zij zat er achter een bijzonder fraai, groot Frans bureau. Hoewel volkomen onmuzikaal, doch wel maatgevoelig, zette zij als zij schreef de radio keihard aan; die stimuleerde haar enorm. Later, toen haar gezondheidstoestand steeds slechter werd, maakte zij, veelal in slapeloze nachten, notities en dicteerde de tekst aan haar huishoudster, verzorgster en secretaresse, mejuffrouw S.B. Kuipers, thans directrice van het Hervormd Bejaardentehuis Rosengaerde te Dalfsen. (Hans Edinga, Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde 1966, blz. 74/75)
- Lieve Geert, Van Vic, die nog steeds ziek is & eiwit in zijn urine schijnt te hebben, kreeg ik een brief, die voornamelijk over het volgende gaat: Moon van Hersolte heeft hem het manuscript van haar nieuwe boek: Lucille toegestuurd. Ze heeft het in een korte tijd geschreven, het is niet grooter dan Het Harlekijntje. De haast is het gevolg van het feit, dat zij volgens haar doktoren in het laatste stadium van kanker is en hoogstens nog een maand of 6 kan leven. Zij zou het bij jou willen uitgeven mits zij de volledige zekerheid heeft, dat het vóór St. Nicolaas, liefst eerder, kan verschijnen. (M. Vasalis in een brief aan Geert van Oorschot, 24-07-1951, in 'Briefwisseling 1951-1987', blz. 8)
- In 1930 liet haar echtgenoot een landhuis bouwen in het buurtschap Gerner, gemeente Dalfsen. Daarbij werd een bosje geplant om de schrijfster, wanneer ze even wilde wandelen, beschutting te bieden, maar het grootste deel van de tijd was ze aan huis en zelfs aan bed gekluisterd. Tijdens menig slapeloze nacht dicteerde ze haar teksten aan haar huishoudster en verzorgster. (J. Heymans, Schrijvers in Overijssel', blz. 21)
Mijn favoriete citaat
Natuurlijk, er zijn wel hevige dingetjes.
Het nichtje van haar nichtje is gewurgd in bed.
Ja, wel positieve dingetjes kent Mietje.
Deze slager is betrouwbaar en die knoeit toch zoo vreselijk met de worst.
Schandelijk! En Waarom?
Ja, waarom is de zonde in de wereld, ja waarom?
(A. van Haersolte-van Holthe tot Echten, Sophia in de Koestraat)
Bronnen o.a.
- Querido's letterkundige reisgids (1983)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Kees Fens, Doorluchtig glas, Vijftig jaar P.C. Hooftprijs (1997)
- Hans Heesen e.a., Waar ligt Poot (1997)
- J. Heymans, Schrijvers in Overijssel (2000)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (maart 2024)