Louis Ferron
Profiel
Achternaam: Ferron
Roepnaam: Louis
Voornamen: Aloysius
Geboren: 04-02-1942
Te: Leiden
Overleden: 26-08-2005
Te: Haarlem
Pseudoniem(en): Louis Ferron publiceerde in 1970 twee (pornografische) romans onder de pseudoniemen Luigi di Verona en Louis de Verône.
Ik ben een achteruitstrevend mens die contact zoekt met wat verloren is gegaan.
(Louis Ferron, dankwoord Const. Huygens-prijs)
Voor tweedehands boeken | Ook van Louis Ferron |
Raban Internet Antiquariaat | Klik hier ! |
Werk
Poëzie
- Zeg nu zelf, is dit ontroerend? (1967)
- Grand Guignol. Gedichten 1966-1971 (1974)
- Koningin Louise ontmoet haar zuster Friederike in het kamp der Spaanse ruiters (1983)
- Vijf Karelische liederen (bibliofiel, 75 ex.) (1984)
- Les belles bourgeoises (bibliofiel, 50 ex.) (1985)
- De kedive mijmert aan de oevers van de Nijl (bibliofiel, 50 ex.) (1985)
- Vier geografische peilingen naar Orplid (bibliofiel, 50 ex.) (1985)
- Gericht (bibliofiel, 115 ex.) (1985)
- Voor de val (1991)
- 'Ich hab' Deutschland so lieb - Ich hätt' gern zwei davon!' (bibliofiel, 250 ex., Nederlands/Duits, vertaald door Helga Louman) (1992)
- Liederen van een andere zee (bibliofiel, 299 ex.) (1997)
- Achter het front: verspreide gedichten (2020)
Proza
- De genadeloze meesteres (1970)
- Dagboek van perverse vrouwen (1970)
- Gekkenschemer (1974)
- Het stierenoffer (1975)
- De keisnijder van Fichtenwald of De metamorfosen van een bultenaar (1976)
- Turkenvespers (1977)
- De hemelvaart van Wammes Waggel (1978)
- De ballade van de beul (1980)
- Plicht! (1981)
- Hoor mijn lied, Violetta (1982)
- Alpengloeien. Vertellingen uit een keizerrijk en later (verhalen) (1984)
- Over de wateren (1986)
- Toonkunst (1987)
- Karelische nachten (1989)
- "Hoe de dood te ontlopen" (bibliofiel, 30 ex.) (1990)
- Spergebied (1991)
- Haarlem (bibliofiel, 125 ex.) (1991)
- De walsenkoning. Een duik in het autobiografische diepe (1993)
- De gehuurde hand (1994)
- Een aap in de wolken. De niet zo vrolijke ballade van een monter ingezet kunstenaarschap (1995)
- Tinpest (1997)
- Liederen van een andere zee (met tekeningen van Armando) (bibliofiel, 299 ex.) (1997)
- Viva suburbia. Een geschiedenis van het verhoopte geluk (1998)
- Hier ligt Boot (1998)
- De oefenaar (2000)
- Het overspelige gras (2002)
- Teutoonse triloge (Gekkenschemer/Het stierenoffer/De keisnijder van Fichtenwald) (2002)
- Werken van barmhartigheid (2003)
- Niemandsbruid (2005)
- De Haarlemse trilogie (De walsenkoning/Een aap in de wolken/Viva Surburbia) (2006)
Brieven
- 1 brief van Louis Ferron in 'Dichter bij de mens' van L. Pennings en B. Langeveld (1986)
- 1 brief aan Bob den Uyl in 'Bobschrift 2015', redactie Ivar Schute en Mark van Leeuwen (2015)
Toneel
- Avant Lumière (bibliofiel, 100 ex.) (1977)
- Mattheus Passie (opera-libretto) (1977)
- Berggasse 19, Wien (bibliofiel, 100 ex.) (1978)
- Een marmeren graf (met Franz Marijnen) (1983)
- Aan de Wannsee (libretto voor een kamer-opera) (1986)
- La Paloma. Een spel in achttien scènes (gebaseerd op 'Der fliegende Holländer' van Wagner) (1987)
- Hoe Mozarts Casanova sloeg (2004)
- Eenzame Boksers, vier Eenakters (bibliofiel) (2004)
Hoorspel
- Zoon vindt vader, of: De dag dat Richard Tauber zong (NCRV, 1977)
Overige non-fictie
- De hemelvaart van Wammes Waggel (1978)
- De gallische ziekte (1979)
- Berlin Alexanderplatz. Fassbinder contra Döblin. Verslag van een verfilming (1980)
- De keldergang der heren; de geschiedenis van de Haarlemse sociëteit Teisterbant (1981)
- Een marmeren graf (met Franz Marijnen) (1983)
- Kees Bierman: Vleeshal, Haarlem, 11 februari - 11 maart 1984 (catalogus) (1984)
- Armando: schilder-schrijver (eindredactie) (1985)
- Keramische verkenningen: een project van het Keramisch Werkcentrum/Ceramic explorations: a project of the Ceramics Work Centre (Engelse vertaling door Ruth Koenig) (1990)
- De fotografen: hun werk, hun keuze (met voetnoten van Louis Ferron) (1995)
- De Haarlemse onderwereld (rede) (bibliofiel, 120 ex.) (2017)
Vertalingen/bewerkingen
- Louis Ferron vertaalde de bundel 'modern Amerikaans proza' met verhalen van o.a. LeRoi Jones, Jack Kerouac en Selby. De bundel verscheen in Nederland onder de titel 'Amerikaans Tegendraads' (1968)
- Frank Newman, Barbara (1968)
- Guéoula Cohen, Een stem voor strijdend Israël (vertaald uit het Frans, oorspronkelijk in het Hebreeuws geschreven) (1968)
- Ephraim Kishon, Lief zijn voor Goliath of: 't is me het beloofde landje wel (1968)
- James Baldwin, Zeg mij hoe lang de trein al weg is (1969)
- Maggie Ross, De kamerslak (1970)
- John a. Williams, Naar Jamestown en terug (1970)
- Margaret Mead en James Baldwin, Over ras (1971)
- Charles A. Reich, Bloemen in beton; hoe de revolutie van de jongeren Amerika leefbaar probeert te maken (1971)
- M.S. Arnoni, In plaats van ideologie (1972)
- James Baldwin, Geen naam op de straten (1972)
- Charles Duchaussois, Flash; of, De grote trip (1972)
- Walter C. Langer, Een psychologisch portret van Adolf Hitler; het geheime rapport uit de oorlogstijd (1973)
- Vladimir Nabokov, Harlekinade (1976)
- Ishmael Reed, Het vluchtvirus (1977)
Louis Ferron schreef een inleiding voor
- George Kettmann, Leven in tweespalt : nagelaten geschriften van een nationaal-socialist (bibliofiel, 50 ex.) (1999)
Bloemlezingen
Tijdschriften
- Louis Ferron debuteerde met de gedichtencyclus 'Kleine krijgskunde' in 'Maatstaf'.
- Louis Ferron schreef columns voor de rubriek 'Op de Praatstoel' in het 'Haarlems Dagblad'.
- Louis Ferron werd in 1978 medewerker van 'Hollands Diep'.
- Louis Ferron was redacteur van 'New Found Land'.
- Louis Ferron publiceerde in 'De Nieuwe Stem', 'Bzzlletin', 'Vrij Nederland', 'Raster', 'VPRO-gids', 'Gedicht', 'Tirade', 'NRC Handelsblad', 'Trouw', 'Toneel Teatraal', 'Mandala', 'Nieuw Vlaams Tijdschrift', 'De Zingende Zaag'.
Over Louis Ferron
- Johan Diepstraten en Sjoerd Kuyper, 'Merkwaardig dat Borges niet genoemd is - een interview met Louis Ferron' in 'Bzzlletin 52' (januari 1978)
- Een interview met Louis Ferron in 'Het nieuwe proza. Interviews door Johan Diepstraten & Sjoerd Kuyper', Bulkboek 76 (1978)
- André Matthijsse, 'Louis Ferron: De droom ten einde gedroomd' in 'Bzzlletin' (december 1979)
- Een hoofdstuk over Louis Ferron (door Douwe de Vries) in 'Uitgelezen 9' (1987)
- Een bespreking van 'Over de wateren' in 'Eerste druk '86. Overzicht en bespreking van Nederlandstalig literair proza dat voor het eerst verscheen in 1986' van Bert Peene (1987)
- 'Bzzlletin' gaf in november 1980 een Louis Ferron-nummer uit, onder redactie van Louis Johan Diepstraten en Phil Muysson.
- 'De Vlaamse Gids' gaf in juli/augustus 1983 een Louis Ferron-nummer uit.
- Willem M. Roggeman nam in 'Beroepsgeheim 5. Gesprekken met schrijvers' (1986) een interview met louis Ferron op.
- 1 hoofdstuk: 'De Weense korsettendief (Louis Ferron - Karelische nachten, 1989') in 'Denkwijze 298. Hoogte- en dieptepunten in de Nederlandse literatuur uit de jaren tachtig' van Gerrit Jan Zwier (1991)
- 2 foto's met begeleidende tekst in 'De gevoelige plaat', redactie Lisa Kuitert en Mirjam Rotenstreich (1995)
- Een bijdrage over Louis Ferron in 'Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945' door Anthony Mertens (juni 1981), aanvulling Bart Vervaeck (mei 2000)
- 1 hoofdstuk: 'De piramide van Haouarah' in 'Een man die in de toekomst springt' van Oek de Jong (1997)
- 1 hoofdstuk: 'Louis Ferron, Plicht!' door August Hans den Boef in 'Lexicon van Literaire Werken' (februari 1999)
- 1 hoofdstuk: 'Louis Ferron, Turkenvespers' door Klaus Beekman in 'Lexicon van Literaire Werken' (november 1999)
- Een interview met Louis Ferron in 'De interviewer en de schrijvers' van Ischa Meijer (2003)
- 1 hoofdstuk: 'Louis Ferron, Karelische nachten' door Klaus Beekman in 'Lexicon van Literaire Werken' (mei 2004)
- 1 hoofdstuk: 'Kleine man, wat nu? - over Louis Ferron' in 'Lezen, man! Essays en kritieken' van Anthony Mertens (2006)
- Lilian Blom, 'De tuinkamer' (2007)
- 1 hoofdstuk: 'Louis Ferron, De keisnijder van Fichtenwalf of de metamorfosen van een bultenaar' door Bart Vervaeck in 'Lexicon van Literaire Werken' (februari 2007)
- 2 hoofdstukken over Louis Ferron in 'Eindelijk volstrekt alleen' van L.H. Wiener (2008)
- Lilian Blom, 'Strijkend licht' (2010)
- Een interview: 'Ik heb recht op die haat' door Ischa Meijer in 'Het moet pijnlijk blijven. De mooiste schrijversinterviews' samengesteld door Frénk van der Linden en Freddy van Thijn (2011)
- Carl De Strycker, 'Celan auseinandergeschrieben: Paul Celan in de Nederlandstalige poëzie' (2012)
- Jan Konst, 'Alles waan: Louis Ferron en het Derde Rijk' (2015)
- Mark van Leeuwen en Ivar Schute (redactie), 'Een jongensreis: herinneringen aan Louis Ferron' (2015)
Diversen: (Zonder een schijn van volledigheid)
- Een zelfportret van Louis Ferron in 'Schrijvers tekenen zichzelf' (1980). Een uitgave van 'De Revisor'.
- Wim de Ruiter, 'Ossuarium: zes liederen op gedichten van Louis Ferron : voor bariton en piano: 1989' (1991)
- 'Karelische nachten' verscheen in 1995 als Grote letterboek.
- 'Spergebied' verscheen in 1997 als Grote letterboek.
- Louis Ferron werkte mee aan 'Een keizer op kamers : een pelgrimage langs de 11 Haarlemse woonadressen en het graf van de sjieke kostganger Mijnheer Thijm, beter bekend als Lodewijk van Deyssel' (2002)
- 'Het overspelige gras' verscheen in 2002 als Grote letterboek.
- 'Het overspelige gras' (2002) speelt op landgoed Enghuizen in Hummelo. Voorin het boek staan twee motto's. Het tweede komt uit het gedicht 'Aanzegging' van Ida Gerhardt en verklaart de titel: 'Een vreemd overspelig gras / legt op de akkers beslag'.
- 1 portret van Louis Ferron in '222 schrijvers. Literaire portretten' van Eddy en Tessa Posthuma de Boer (2005), met het citaat 'Schrijven is schuren in de wonde. Rancune, haat en wrok vormen een mooie drijfveer voor een schrijver.'
- Een portret (olieverf op paneel) van Louis Ferron door Maarten Welbergen, gemaakt in 2001, in 'Schrijversportretten', samengesteld door Sjoerd van Faassen, Pauline Bloemsma en Hester Quist (2010)
Literaire prijzen
- Multatuli-prijs 1977 voor 'De keisnijder van Fichtenwald'
- AKO-prijs 1990 voor 'Karelische nachten'
- F. Bordewijk-prijs 1994 voor 'De walsenkoning'
- Constantijn Huygens-prijs 2001 voor zijn gehele oeuvre
- Erepenning van Haarlem
- Koninklijke onderscheiding in 2005
Louis Ferron was lid van de jury voor:
- Laurens Janszoon Coster-prijs 1981
- Globe-literatuurprijs 1982
- Prijs der Nederlandse Letteren 1983
- Jacobus van Looy-prijs 1985
Opmerkingen
- Louis Ferron had een Duitse vader (August Beckering) die in de Tweede Wereldoorlog overleed. Hij werd dan ook geboren als Karl Heinz Beckering. Hij bracht zijn jeugd voor een deel in Duitsland door. Duitsland en de Duitse cultuur spelen een belangrijke rol in zijn werk. Zijn moeder heette Hendrika Wilhelmina Ferron.
- Zijn vader, die al sinds 1936 in Nederland woonde, werd opgeroepen voor (Duitse) militaire dienst en ze verhuisden naar Bremen.
- In 1949 kwam Louis na bemiddeling door het Rode Kruis terug naar Nederland, naar zijn grootouders van moeders kant. Toen kreeg hij ook de naam Ferron.
- Een deel van zijn jeugd zat hij in internaten (o.a. in Medemblik) en bij pleegouders. Hij volgde de Mulo
- Louis Ferron stopte met zijn middelbare schoolopleiding en wilde dienst nemen bij het Vreemdelingenlegioen. Hiervoor werd hij afgekeurd.
- Als achttienjarige trouwde hij (in 1961) met een dochter van de toen bekende schrijfster Lizzy Sara May en de schrijver Oscar Timmers.
- In 1961 woonde hij enige tijd in Leuven.
- Louis Ferron woont sinds 1962 in Haarlem. De stad Haarlem is (naast Duitsland) een terugkerend thema in zijn werk.
- Louis Ferron debuteerde in 1967 met de dichtbundel 'Zeg nu zelf, is dit ontroerend?'.
- Louis Ferron werkte als tekstschrijver en redacteur bij diverse reclamebureaus en uitgeverijen. Hij ontwierp o.a. folders voor VNU.
- In de jaren zeventig studeerde hij rechten. Hij brak de studie af toen hij de Multatuli-prijs kreeg voor 'De keisnijder van Fichtenwald'.
- Een terugkerend thema in zijn werk is de gewone - kleine - burger die het op moet nemen tegen de (noodlottige) loop van de geschiedenis. Daarnaast zijn bloed, verloedering, dood en drankzucht terugkerende thema's.
- Louis Ferron was bestuurslid van de PEN-Nederland.
- Louis Ferron is drie keer getrouwd.
- Louis Ferron overleed, na een kort ziekbed, thuis in Haarlem aan kanker.
- Louis Ferron werd op 31-08-2005 begraven op Begraafplaats Sint Adelberts, Denneweg 16, Bloemendaal (Graf M-129).
- Bij de bibliotheek in Haarlem wordt een borstbeeld van Ferron geplaatst, gemaakt door de Haarlemse beeldhouwer Bart Holt.
handtekening Louis Ferron
Anderen over Louis Ferron
- Het is bepaald geen gemakkelijke relatie die hij met Duitsland heeft. Duidelijk is dat hij de gruweldaden van de nazi's helemaal veroordeelt. Maar hij wil ze, in zijn roekeloze fantasieën over het Duitse denken ook verklaren. En dan laat hij zich zakken in de put van de romantiek. Het vermakelijke is, dat hij die romantiek voor een deel verantwoordelijk stelt voor de afgrijselijke toekomst van het duizendjarige rijk, maar er zich tevens door laat beïnvloeden. (Alfred Kossmann, Het Vrije Volk, 27-09-1975)
- Wie Ferron wil lezen, hoeft niet te rekenen op een paar uurtjes ontspannend lezen; hij zet zijn lezers aan het werk om de doodeenvoudige reden dat het leven veel te ingewikkeld is om daarover een simpel verhaal te kunnen schrijven. (Douwe de Vries, Uitgelezen 9, blz. 66)
- Duidelijk zal zijn dat Ferron een buitenbeentje in onze letteren is. Bij hem geen beperking van de dramatische stof tot een louter autobiografische werkelijkheid. Hij heeft als geen ander een groot toneel nodig, hij kiest voor een brede maatschappelijke schildering, hij werkt in felle kleuren en op een kamerbreed scherm. Sommigen noemen die vorm kitsch en Ferron zal de eerste zijn om hen daarin gelijk te geven. In zijn essay De passie van een romanschrijver (opgenomen in de bundel De hemelvaart van Wammes Waggel) noteert hij: 'In een wereld als deze waarin alles verkitscht is, is kitsch wellicht de hoogste uitdrukkingsvorm die denkbaar is.' (Wim Vogel, Bzzlletin 80, november 1980, blz. 55)
- De rekwisieten, die Ferron gebruikt voor de enscenering van zijn verhalen, zijn vooral ontleend aan de Duitse cultuurgeschiedenis van de 19de en het begin van de 20ste eeuw. Door de vele reminiscenties aan een nabij en minder nabij verleden lijken ze historische romans te zijn, waarin aan de hand van een zonderlinge buitenstaander een visie wordt geschetst op de ontstaansgeschiedenis van het fascisme. (Anthony Mertens, Kritisch Lexicon van de Nederlandstalige Literatuur na 1945, juni 1981)
- Een boek van Louis Ferron is alleen maar met een ander boek van Ferron te vergelijken. Zijn werk is een cocktail van historisch en literair materiaal, mythologie, opera en hevige seksualiteit. Zijn stijl is bloemrijk, verzadigd van beelden en vermengt graag het platte met het verhevene. Je zou hem een romantisch-decadent schrijver kunnen noemen. (Gerrit Jan Zwier, Denkwijze 298. Hoogte- en dieptepunten in de Nederlandse literatuur uit de jaren tachtig, blz. 73)
- Van meet af aan regeert in zijn werk een hardnekkige geobsedeerdheid door de Duitse geschiedenis. Aan gene zijde van de oostgrens zijn de meeste gruwelen en verschrikkingen van deze eeuw ontsproten, en juist daarop richt zich Ferrons troebele fascinatie: het gruwelijke garandeert een verheviging van de ervaring en verandert de werkelijkheid dank zij de nabijheid van dood en verderf in een schokkend drama.Naar dat drama is Ferron als een medeplichtig voyeur op zoek. (Arnold Heumakers, Volkskrant, 27-12-1991)
- Louis Ferron kreeg de Constantijn Huygens-prijs 2001 omdat zijn werk volgens de jury 'wordt gekenmerkt door compromisloze eigenzinnigheid en volstrekt onmodieus en tegendraads is'. Verder zei de jury: 'Hij weet dat er achter de schone schijn dingen liggen die te gruwelijk en te huiveringwekkend zijn voor woorden, maar in de huiver vindt hij ook het sublieme'.
- Buiten de kring van zijn bewonderaars werd hij niet tot de groten gerekend, zijn verjaardagen gingen ongemerkt voorbij. Hoewel het eigenlijk te laat is, komt daar hopelijk alsnog verandering in, want Nederland heeft een waarlijk groot schrijver verloren. (Allard Schröder, VN, 03-09-2005)
- Ferrons eigen verleden, met de Tweede Wereldoorlog op de achtergrond en een - dode - Duitse vader, heeft zijn werk diep beïnvloed. De uitspraak van Harry Mulisch 'De Tweede Wereldoorlog dat ben ik', zou evengoed voor Ferron kunnen gelden. (Dannie ten Zweege, Een literair portret van de Achterhoek, blz. 140)
Mijn favoriete citaat
Ik heb van het leven niet veel verwacht
en van de mensen die zeggen
het leven vorm en inhoud te kunnen geven,
heb ik mij altijd vol gêne afgewend.
Het is gebleken dat men zijn leven niet in de hand heeft.
(Louis Feron, Karelische nachten, blz. 8)
Naar een overzicht van citaten van Louis Ferron
Bronnen o.a.
- Lexicon van de moderne Nederlandse literatuur (1978)
- Kritisch lexicon van de Nederlandstalige literatuur na 1945 (juni 1981/mei 2000)
- Querido's letterkundige reisgids van Nederland (1983)
- Spectrum Nederlandstalige auteurs (1985)
- Nederlandse literaire prijzen 1880-1985 (1986)
- Winkler Prins lexicon van de Nederlandse letterkunde (1986)
- Prisma van de pseudoniemen (1992)
- Oosthoek lexicon Nederlandse & Vlaamse literatuur (1996)
- NRC (14-12-2001)
- Schrijvers. 2000 auteurs van de 20e eeuw van A tot Z (2002)
- Dannie ten Zweege, Een literair portret van de Achterhoek (2007)
- Website van de Koninklijke Bibliotheek (oktober 2022)